Niet alleen hebben wij in Amerika veel projecten en bijeenkomsten bezocht, in Nederland organiseren wij zelf ook nog wel eens wat. Eén van die bijeenkomsten was naar aanleiding van het begrippenkader 'Herstel, ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid' wat wij in het kader van het 'Who knows?!' project aan het maken zijn met onze partners. Hieronder een verslag van deze bijeenkomst, met dank aan Laura Vegter.
Op 7 februari trokken vele pioniers op het gebied van ervaringsdeskundigheid naar de Meevaart in Amsterdam Oost. Daar bood het RAAKproject Who Knows?! een symposium aan om samen dit nieuwe terrein verder in kaart te brengen. ‘De ervaringsdeskundige kan de kloof dichten’, was de centrale boodschap. Bezoekers Laura Vegter en Jamal Mechbal werden wijzer wat daar voor nodig is.
Max Huber warmde ons op met stellingen. Nummer een: ‘Niemand weet waar ervaringsdeskundigheid precies over gaat.’ Herkenbaar. En: ‘De ervaringsdeskundige is de nieuwe knuffelallochtoon.’ Daarmee was de zaal het grotendeels oneens. Alle reden dus om dit blijkbaar onduidelijke maar zinnige beroep deze middag verder te verkennen.
Hier begonnen we mee onder leiding van Martin Stam van de HvA. Zijn verhaal gaf inzicht in de twee werelden waartussen de ervaringsdeskundige een brugfunctie kan vervullen: de ‘systeemwereld’ en de ‘leefwereld’. Ervaringsdeskundigen staan in contact met de leefwereld van cliënten, waardoor ze inzicht hebben in wat er nodig is om vooruit te komen in het leven. Hulpverleners denken dit soms beter te weten, zonder te beseffen dat zij onderdeel uitmaken van een organisatie met bureaucratische protocollen – de systeemwereld. Een werkwijze waarbij minder wordt uitgegaan van planning en protocol, en meer van luisteren en leren, helpt om samen de juiste weg te vinden. De ervaringsdeskundige past hier prima als facilitator van deze ontwikkeling.
In België wordt de ervaringsdeskundige ook wel ‘de missing link’ genoemd tussen de twee voorgenoemde werelden. Het betrekken van ervaringsdeskundigen bij het maken van beleid wordt er essentieel geacht. Het is zelfs verplicht! ‘De revolutie komt uit België’, mompelde iemand achter mij. De ervaringsdeskundige fungeert in een betaalde functie als spiegel, om beleidsmakers en hulpverleners van een alwetende houding los te weken. ‘Worden wij zo geen onderdeel van de systeemwereld?’, was een begrijpelijke vraag vanuit de zaal. Inderdaad ligt de neiging op de loer om de taal van zorgprofessionals over te nemen, om als ervaringswerker serieus genomen te worden. Het ontwikkelen van een gevoeligheid voor taalgebruik kan dit risico van ‘protoprofessionalisering’ ondervangen.
In de pauze liep ik iemand tegen het lijf die het jammer vond dat zo weinig van haar collega’s aanwezig waren. ‘Zo blijf ik de enige die ziet dat het anders moet.’ Deze vraag – hoe nu de gewenste veranderingen door te voeren op de werkvloer – kwam in verschillende gedaanten terug in de door mij gevolgde workshop met Harrie van Haaster (IGPB) en Marion van Zetten (ervaringswerker bij Mentrum). ‘Hoe kom je als ervaringsdeskundige hulpverlener uit voor je ervaringen?’, hoorde ik. Of: ‘hoe houd je je missie vast als je maar met een of twee bent?’ Voor een verslag van de antwoorden die in deze workshop kwamen bovendrijven, verwijs ik naar de website Ervaringswijzer. De impressies van Jamal Mechbal, betrokken bij het Herstelbureau, van de workshop over herstel zijn daar ook te vinden.
Wat mij en anderen opviel aan het symposium, was de open en soepele sfeer. ‘Hier kan dat, maar nu moeten we het gaan doen in de buitenwereld’, besloot een workshopdeelnemer met een lichte zucht. Het project Who Knows?! wil daar met onderzoek en praktijkondersteuning een bijdrage aan leveren.
Max Huber warmde ons op met stellingen. Nummer een: ‘Niemand weet waar ervaringsdeskundigheid precies over gaat.’ Herkenbaar. En: ‘De ervaringsdeskundige is de nieuwe knuffelallochtoon.’ Daarmee was de zaal het grotendeels oneens. Alle reden dus om dit blijkbaar onduidelijke maar zinnige beroep deze middag verder te verkennen.
Hier begonnen we mee onder leiding van Martin Stam van de HvA. Zijn verhaal gaf inzicht in de twee werelden waartussen de ervaringsdeskundige een brugfunctie kan vervullen: de ‘systeemwereld’ en de ‘leefwereld’. Ervaringsdeskundigen staan in contact met de leefwereld van cliënten, waardoor ze inzicht hebben in wat er nodig is om vooruit te komen in het leven. Hulpverleners denken dit soms beter te weten, zonder te beseffen dat zij onderdeel uitmaken van een organisatie met bureaucratische protocollen – de systeemwereld. Een werkwijze waarbij minder wordt uitgegaan van planning en protocol, en meer van luisteren en leren, helpt om samen de juiste weg te vinden. De ervaringsdeskundige past hier prima als facilitator van deze ontwikkeling.
In België wordt de ervaringsdeskundige ook wel ‘de missing link’ genoemd tussen de twee voorgenoemde werelden. Het betrekken van ervaringsdeskundigen bij het maken van beleid wordt er essentieel geacht. Het is zelfs verplicht! ‘De revolutie komt uit België’, mompelde iemand achter mij. De ervaringsdeskundige fungeert in een betaalde functie als spiegel, om beleidsmakers en hulpverleners van een alwetende houding los te weken. ‘Worden wij zo geen onderdeel van de systeemwereld?’, was een begrijpelijke vraag vanuit de zaal. Inderdaad ligt de neiging op de loer om de taal van zorgprofessionals over te nemen, om als ervaringswerker serieus genomen te worden. Het ontwikkelen van een gevoeligheid voor taalgebruik kan dit risico van ‘protoprofessionalisering’ ondervangen.
In de pauze liep ik iemand tegen het lijf die het jammer vond dat zo weinig van haar collega’s aanwezig waren. ‘Zo blijf ik de enige die ziet dat het anders moet.’ Deze vraag – hoe nu de gewenste veranderingen door te voeren op de werkvloer – kwam in verschillende gedaanten terug in de door mij gevolgde workshop met Harrie van Haaster (IGPB) en Marion van Zetten (ervaringswerker bij Mentrum). ‘Hoe kom je als ervaringsdeskundige hulpverlener uit voor je ervaringen?’, hoorde ik. Of: ‘hoe houd je je missie vast als je maar met een of twee bent?’ Voor een verslag van de antwoorden die in deze workshop kwamen bovendrijven, verwijs ik naar de website Ervaringswijzer. De impressies van Jamal Mechbal, betrokken bij het Herstelbureau, van de workshop over herstel zijn daar ook te vinden.
Wat mij en anderen opviel aan het symposium, was de open en soepele sfeer. ‘Hier kan dat, maar nu moeten we het gaan doen in de buitenwereld’, besloot een workshopdeelnemer met een lichte zucht. Het project Who Knows?! wil daar met onderzoek en praktijkondersteuning een bijdrage aan leveren.
Dit verslag is eerder verschenen in de Who Knows?! nieuwsbrief, die hier te lezen is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten