Vandaag bezoeken we de driedaagse conferentie
‘Wrap around the world’ in Oakland. De conferentie draait volledig om de inzet
van de WRAP-methodiek en het inzetten van ervaringsdeskundigen. Er zijn maar
liefst 600 gasten uit de hele wereld (onder meer Japan, Schotland, Cambodja,
Ghana). De meeste gasten zijn overigens zelf ervaringsdeskundigen en ik voel
mij als voormalig professional een beetje een indringer door een andere
achtergrond, andere aangeleerde waarde en normen over wat goede hulpverlening
is en vooral vanwege het feit dat zij
iets hebben dat ik niet heb. Goed om dat eens andersom te ervaren.
Robert Whitaker is een van de keynote
speakers. Hij is een journalist die kritische stukken schrijft over het
medische model en bewijsvoering daarvoor vanuit de wetenschap. Anatomy of anEpidemic is waarschijnlijk zijn meest bekende boek.
Robert Whitaker neemt ons mee terug naar de jaren
80 toen het medisch model snel aan invloed won. De inzet van medicatie bij
mensen met een psychiatrische achtergrond werd steeds meer gangbaar. Door het
medische model werd ook het concept van ‘a broken brain’ steeds gangbaarder.
Wie psychiatrische problemen heeft is ziek in zijn hoofd en dit kan niet of
nauwelijks meer gerepareerd worden. Robert Whitaker was in de jaren 80 zelf ook
overtuigd van dit model. Vanaf de jaren 80 steeg het medicatiegebruik en het
aantal diagnoses daardoor explosief. Volgens hem was afgelopen jaar de omzet
van medicatie gericht op psychiatrische problematiek in de Verenigde Staten
alleen al zo’n 40 miljard dollar. Voor wie wil weten hoe medicijnen op de markt
worden gebracht is de volgende Nederlandse reportage de moeite waard.
Robert Whitaker geeft aan dat het goed is dat
mensen hulp krijgen, maar de hulp die er is moet er wel op gericht zijn dat
mensen uiteindelijk hier niet meer van afhankelijk zijn. ‘Make a change from
what’s wrong to what’s strong’. Robert Whitaker geeft aan dat in de Verenigde
Staten jongeren steeds vaker en eerder een diagnose krijgen. Onderzoek dat deze
jongeren volgt toont volgens hem aan dat deze jongeren deze diagnose in twee
derde van de gevallen meenemen naar hun volwassen periode. ‘A strange career
path, that didn’t existst before the 80’s’. Opvallend is verder dat sinds de
opmars van het medisch model en medicatiegebruik het aantal diagnoses ook
blijft stijgen. Dit is niet alleen een probleem in de Verenigde Staten waar de
kloof tussen arm en rijk groot is. Dit is ook het geval in landen met een
uitgebreid welzijnsstelsel zoals Denemarken, Finland, Australië, etc. Hij vraagt zich daarom af
het concept van ‘the broken brain’ wel gebaseerd is op wetenschappelijke
feiten.
Robert Whitaker schetst ons een aantal
onderzoeken waaruit zou blijken dat er geen wetenschappelijk bewijs is dat
medicatiegebruik het welzijn van mensen met een psychiatrische achtergrond
verbeterd. Robert Whitaker noemt de positieve effecten van medicatiegebruik een
‘urban legend’. Hij geeft hier naar mijn mening wel een vrij eenzijdig beeld.
Onderzoeken die deze positieve effecten wel tonen (of andersom aantonen dat het
niet gebruiken van medicatie kan leiden tot afname van welzijn) komen niet aan
bod.
Zijn verhaal over de impact van het medisch
model op mensen hun zelfperceptie vind ik sterker. Robert Whitaker legt ons uit
dat het idee van ‘chemical unbalance’ steeds meer aan kracht heeft gewonnen en
wat voor een negatieve gevolgen dit heeft voor de stigmatisering van mensen met
een psychiatrische achtergrond. Als hij vraagt wie dit stigma herkent uit eigen
ervaring steekt de helft van de zaal zijn/haar hand op. Het is bijzonder om te
zien hoe heftig het verhaal van Robert Whitaker bij de zaal binnenkomt. Met
name deze zin herkent het publiek: ‘Oh that’s the others, that are the ones
with a broken brain’. Het concept van chemical unbalane heeft een sterke
invloed op de scheiding tussen zij die wél in balans zijn en zij die dat niet
zijn. Treurig om te horen, maar wel herkenbaar. Hoeveel van mijn collega’s
zouden een psychiatrisch achtergrond hebben en dit nooit hebben durven uiten
omdat ze bang zijn dat dit een afstand schept?
Een van de onderzoeken is interessant om hier
te benoemen. Bij een kleinschalig longitudinaal onderzoek is er gekeken wat er
gebeurde als je mensen met een forse psychiatrische achtergrond laat stoppen
met hun medicatie. Binnen 2 jaar is 20% volledig hersteld, tussen de 2 en 4
jaar is 40% enigszins hersteld en 50% werkt. Dit tegenover 5 à 6% als je
dezelfde mensen hun medicatie wel blijft geven. Nogmaals, hij presenteert
onderzoeksresultaten naar mijn mening eenzijdig. Toch is dit een idee om over
na te denken en het is goed om kritisch met mijn studenten te bekijken hoe
normaal we de inzet van medicatie zijn gaan vinden. Robert Whitaker is
overigens geen voorstander van het volledig afschaffen van de inzet van
medicatie, maar het paradigma dat de inzet en continuïteit vanzelfsprekend is
moet veranderen. ‘Let’s focus on the possibility to go back to work’? ‘You have
to give a message that full recovery is possible!’. De zaal joelt en juicht.
Wat neem ik mee naar huis? Na al deze
prachtige werkbezoeken de afgelopen twee weken (meer dan 20 in totaal) ben ik
nog meer tot inzicht gekomen dat een vak dat volledig om krachtgericht werken
gaat geïntegreerd moet worden in ons onderwijs. Zodra ik terug ben op de
opleiding zal ik het gesprek aangaan in de hoop dat dit gaat lukken. Een
samenwerking met ervaringsdeskundigen, de praktijk en collega’s van het
Kenniscentrum mag hierbij niet ontbreken. Mocht het lukken om dit vak te laten
draaien dan is het verhaal van Robert Whitaker een perfect vertrekpunt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten