Tijdens ons verblijf in Leeds (zie hieronder) maken wij als onderzoekers in de Wmo-werkplaats een klein uitstapje naar het Dial House in Leeds. We zijn op deze plek gewezen door Yana van 2nd Story, waar we in januari waren. Dial House is onderdeel van Leeds Survivor Led Crisis Service, samen met de Connect Helpline en diverse vormen van Peer Group Work. Zoals de naam suggereert wordt de organisatie volledig gerund door mensen met een ervaringsachtergrond, 'you have to be mad to work here'.Wij worden ontvangen en rondgeleid door Michelle Noad, die betrokken is bij zowel het Dial House als de andere projecten. Zij verteld ons dat het Dial House in 1999 is opgericht, met financiering voor alternatieve vormen van GGZ ondersteuning. Van de projecten die toen zijn opgericht is het Dial House de enige die nog over is. Alle drie de projecten richten zich op mensen in crisis. De precieze interpretatie hiervan wordt door mensen zelf gegeven, wat voor hun crisis is. Veel voorkomende issues zijn psychoses, zelfbeschadiging, suicidale gedachten maar ook situaties van misbruik of mishandeling. In elk geval gaat het niet om iemands diagnose, maar om die persoon.
Het Dial House is open op van zes uur 's avonds tot twee uur 's nachts op vrijdag tot en met maandag, vanuit de overtuiging dat juist dan de meeste andere laagdrempelige voorzieningen gesloten zijn. Per avond zijn er zeven plekken beschikbaar. Mensen die in aanmerking willen komen voor een plek bellen aan het eind van de middag. Als er genoeg plekken zijn kan iederen komen, maar meestal zijn er te weinig plekken. Dan wordt in een vergadering besproken wie het het meest nodig heeft of wie er het meeste baat bij heeft. Voor anderen wordt gekeken of via een telefonisch consult van de Connect Helpline of anderzins iets gedaan kan worden.
In het huis zijn verschillende kamers, een aantal ook met badkamer, zodat mensen kunnen douchen of een bad nemen. Verder kunnen ze samen koken, een spelletje spelen of rustig op de bank zitten of zelfs eventjes slapen. Van bezoekers wordt alleen verwacht dat ze vriendelijk naar andere bezoekers zijn. Verder kunnen ze zo veel of zo weinig participeren als ze willen. Mensen die dat willen kunnen een consult krijgen met een van de peer support workers. Daarnaast zijn er regelmatig groepen, over stemmen horen, omgaan met crisis (door eigen ideeen en die van anderen uit te wisselen) en over man zijn en GGZ problemen hebben. Daarnaast organiseren ze sociale activiteiten.
In alle onderdelen van de organisatie is de 'person centered approach' van Carl Rogers centraal. Dit werken zij uit aan de hand van drie principes:
- The person providing support demonstrates empathy, congruence and unconditional positive regard towards the client
- A belief in the actualisation tendency – that is, a belief that people do the best they can in the circumstances they are in and have an inherent tendency to try to achieve their full potential
- The principle of non directivity. Work is led by the client, in the belief that they have the resources within themselves to find their own solutions.
Zowel in het verblijf, als tijdens het consult, de telefonische contacten en de groepen wordt vanuit deze principes gewerkt. Mensen hoeven niks. Ze kunnen doen waarvan zij denken dat het het beste is. Er is ook geen maximum aan het gebruik van de voorzieningen (onder voorbehoud van beschikbaarheid). Uit testimonials van bezoekers blijkt ook dat dit zeer gewaardeerd worden. De medewerkers worden geroemd om hun respect, hun aandacht, ruimte, compassie en niet-oordelende houding. Dit in tegenstelling tot andere voorzieningen die als onderdrukkend en dwingend worden ervaren.
De inrichting van het Dial House is ook zeer aangenaam en uitnodigend, zeker met in het achterhoofd de inrichting van meer klinische verblijfplekken. Banken zijn zacht, vriendelijke kleurstellingen overal, slingers in de gang en sommige kamers, overal stoffen vloerbedekking (in plaats van zeil oid). Het is niet moeilijk voor te stellen dat mensen hier komen om tot rust te komen. Het is opvallend dat het lijkt dat voorzieningen die gerund worden door mensen met eigen ervaring een veel huiselijkere indruk maken dan 'klassieke' voorzieningen. Hetzelfde viel ons ook al op in het eerder genoemde 2nd Story.
Om de maand organiseren ze een focus groep met bezoekers om de gang van zaken te bespreken. Daarnaast liggen in elke kamer feedback schriften waarin mensen kunnen schrijven en worden regelmatig enquetes gehouden. Met vaste bezoekers worden ook review sessies gehouden: wat werkte, wat niet, wat zou beter kunnen, wat moet anders en wat vooral niet. Soms ook aan de hand van casestudies: wat is er gebeurt, hoe kwam dat, hoe kunnen we dat anders doen? Via deze wegen wordt geprobeerd de inspraak van bezoekers en de kwaliteit van het aanbod te vergroten. Er groeien weinig bezoekers door naar vrijwilliger. Vanuit de vrijwilligerspool groeien mensen wel door naar staf, vooral doordat vacatures alleen intern worden uitgezet.
Dial House is in principe helemaal los van reguliere GGZ, mensen kunnen ook alleen zichzelf melden en in principe wordt er niet regulier samengewerkt. Wel worden ze betaald (gedeeltelijk) via de NHS, het reguliere zorgsysteem. Daarnaast bellen hulpverleners soms op om te informeren. Een enkele keer wordt ook bij crisis samengewerkt, bij een suicide poging of als mensen een te groot gevaar voor zichzelf of anderen vormen. De samenwerking wordt vanuit Dial House als redelijk respectvol ervaren.
Voor ons was het bezoek aan Dial House zeer inspirerend, zowel de georganiseerdheid als de openheid waarmee we werden ontvangen. Achteraf waren we wel benieuwd naar de omgang met spanningen tussen bezoekers en de ervaringen van bezoekers die om 2 uur 's nachts naar huis moeten, maar zonder twijfel is de voorziening van grote toegevoegde waarde voor mensen in nood!
Verder lezen:
Michelle heeft samen met de manager van het huis (Fiona Venner) een hoofdstuk geschreven over het project, getiteld A proven alternative to the medical model in mental health care? Op de website van de organisatie staat een overzicht van andere interessante publicaties. Specifiek interessant is het artikel over omgaan met suicide en zelfbeschadiging en het belang van openheid en een niet-beheersmatige aanpak daarvan.
Met dank aan Linde Remmelink
Geen opmerkingen:
Een reactie posten